Als wijngenieter geef je soms flink wat geld uit aan een fles, in de hoop dat die prijs ook in smaak terug te vinden is. Wie meer betaalt, verwacht uiteraard ook meer genot. Maar hoe komt het eigenlijk dat er zulke grote prijsverschillen zijn tussen wijnen? En is een duurdere wijn automatisch beter dan een goedkopere?
Is dure wijn zijn prijs waard?
Om het prijsverschil te begrijpen, is het belangrijk te weten hoe de prijs van een wijn tot stand komt. Er zijn namelijk heel wat factoren die de prijs beïnvloeden.
Het begint al bij de keuze van het druivenras. Sommige druivensoorten zijn eenvoudiger te telen dan andere. De ene soort levert van nature een hogere opbrengst op of vereist een specifiek terroir om optimaal te groeien. Ook de ligging en omstandigheden van de wijngaard spelen een rol: kan er machinaal geoogst worden of moet alles met de hand gebeuren? Wijngaarden waar veel manueel werk nodig is, zorgen doorgaans voor duurdere wijnen dan wijngaarden waar het proces grotendeels geautomatiseerd verloopt.
Naast het werk in de wijngaard heeft ook het vinificatieproces een grote invloed op de prijs. Wijnen die snel op de markt komen en een korte rijping ondergaan, zijn doorgaans goedkoper dan wijnen die rijpen op eiken vaten en pas na lange tijd beschikbaar zijn. Hoe intensiever en langduriger het productieproces, hoe hoger de kost, onder andere omdat de wijn gedurende die tijd geen opbrengst genereert.
Deze keuzes hebben allemaal een direct effect op de uiteindelijke prijs van een fles wijn. Daarnaast zijn er ook nog andere kosten, zoals marketing, onderhoud van het domein of chateau, en algemene bedrijfskosten. De wijnbouwer moet zijn onderneming rendabel kunnen houden.
En dan zijn er nog de externe factoren: belastingen, transportkosten, importheffingen... Hoe meer schakels er zitten tussen de wijnmaker en de consument, hoe hoger de prijs. Elke tussenpersoon wil immers ook een marge verdienen.
Proef je het verschil dan echt tussen goedkope en dure wijn?
Zoals eerder gezegd beïnvloedt de productiemethode sterk de smaak. Goedkopere wijnen worden meestal op grote schaal en machinaal geproduceerd, wat soms ten koste gaat van subtiele aroma’s. Duurdere wijnen worden vaker met de hand geoogst, waarbij een strenge selectie plaatsvindt. Dit zorgt voor een rijker, verfijnder smaakprofiel. Bovendien rijpen duurdere wijnen vaak langer – bijvoorbeeld op houten vaten – wat leidt tot meer complexiteit.
Goedkopere wijnen hebben meestal een eenvoudig smaakprofiel. Ze zijn vaak fruitig en toegankelijk, maar missen de gelaagdheid die je bij duurdere wijnen terugvindt. Dure wijnen kunnen daarentegen smaken onthullen van eikenhout, kruiden en aardse tonen. Ze ontwikkelen meer diepgang en finesse, mede dankzij de kwaliteitsdruiven en langere rijping.
Is een dure wijn dan altijd lekkerder?
Wijnliefhebbers geven vaak de voorkeur aan wijnen met meer complexiteit en finesse, dus in die zin zou je kunnen zeggen: ja. Toch hangt alles af van persoonlijke smaak. Er zijn genoeg wijnliefhebbers die helemaal niet houden van vatrijping en liever kiezen voor jonge, fruitige wijnen.
Bovendien speelt de gelegenheid ook een rol. Niet elke situatie vraagt om een complexe topwijn. Op een zomers terras is een licht gekoelde, frisse rode wijn soms veel aangenamer dan een zware, tanninerijke variant.
In het algemeen geldt: hoe duurder de wijn, hoe meer finesse en complexiteit je mag verwachten – althans tot zo’n €50 per fles. Boven die prijsklasse wordt de prijs vaak meer bepaald door schaarste, reputatie en vraag dan door pure smaakkwaliteit.
Ontdek vooral zelf welk smaakprofiel jouw voorkeur heeft en drink wat jij lekker vindt. Twijfel je? Kom gerust eens langs bij La Vinoteca, wij helpen je graag op weg!